1116 is het bladzijdenummer waar Geert Mak’s In Europa eindigt. Daarna volgt er overigens nog meer dan 100 pagina’s aan noten, verwijzingen en register. Die laatste 100 heb ik niet gelezen, de eerste 1116 wel. Mak reisde in 1999 voor NRC Handelsblad een jaar lang rond door Europa, om een elke dag een stukje te schrijven voor op de voorpagina, zowel over de Europese 20e eeuw als over de hedendaagse situatie.
Natuurlijk had hij al die korte stukjes kunnen bundelen, en uit kunnen geven. Dat deed hij niet, er kwam een doorlopend verhaal. Het gevolg heet dus In Europa, een groot opgezet overzicht van de Europese geschiedenis in de 20e eeuw. Van Wenen rond aan het begin tot Sarajevo aan het einde. Het geheel is overdonderend veel. Het boek heeft zowel oog voor de grote lijnen van de geschiedenis als voor de details die de geschiedenis menselijk maken. Dat alles ingedeeld in korte, leesbare hoofdstukken.
Wat wel opvalt is de hoeveelheid aandacht die uitgaat naar de Tweede Wereldoorlog. Ongeveer een derde van het boek draait om de jaren 1939-1945 (en dan is er ook nog veel aandacht voor de opkomst van nazisme en facisme). Nu kan het goed zijn dat de Tweede Wereldoorlog inderdaad een schakelpunt was in de 20e eeuw. Het was het definitief einde van Europa als groot machtscentrum. Engeland was failliet, Duitsland en Frankrijk verwoest en de Russen en de Amerikanen ontmoeten elkaar aan de Elbe. Keerpunt dus. Maar te veel ligt de nadruk op de Tweede Wereldoorlog. De immense veranderingen in het dagelijks leven van de tweede helft van de twintigste eeuw (en ook de mentaliteitsverandering die daarmee gepaard ging) blijft onderbelicht.
Naast geschiedenis besteed Mak ook aandacht aan de huidige situatie op plaatsen. En er is een opvallende overeenkomst: overal is de Europese Unie van grote invloed op de ontwikkelingen. Het Europese project heeft er – eindelijk – voor gezorgd dat politieke leiders zover op een lijn zijn gekomen dat ze onenigheid tenminste in onderhandelingen oplossen. Vanuit historisch perspectief gezien is de Unie een uniek beleidsdiscours geworden, een paraplu waaronder alle leiders kunnen schuilen. Nu de burgers nog, is de conclusie van Mak’s afsluitende essay.
Geef een reactie