Daar zat de boekenman.
Hij droeg een pak met krijtstreep
Een wit overhemd met grijze lijntjes; de exacte omkering van zijn jasje.
Een kleine piercing in zijn wenkbrauw, een versiering van een breed en groot lichaam.
Tegenover hem zat een mooie dame, die hij niet zo goed kende.
Hij vertelde over zijn baan.
Mijn iPod stond te hard voor het hele verhaal
Tussen de muziek door fragmenteerde ik een ongeautoriseerd interview.
Hij verkocht
Boeken voor boekenclub
Vandaag moest hij weer twaalf klanten werven
Dat lukte hem wel: hij had zelfvertrouwen om de mensen aan te durven spreken.
Al vond hij mannen gemakkelijker dan vrouwen.
En als hij zijn rijbewijs haalde, kon hij promotie krijgen.
Geef een reactie