Met twee armen leunt hij op de balustrade, op de eerste verdieping van Paradiso. Beneden wordt woest gedanst en met bier gegooid. Rowwen Heze bespeelt de zaal met een accordeon en een drumstel. Het is overal carnaval – behalve bij hem.
Hij zit op een stoel, kijkt naar wat er gebeurd en pakt een zakdoek, veegt ‘m langs z’n ogen. 23 jaar geleden is hij vanuit naar Kesseleik verhuisd naar Purmerend. Het moest en kon niet anders toen. Tegenwoordig wordt nog slechts af en toe een grap over zijn accent gemaakt, toen waren dat er veel meer. Nu zit hij hier, op een stoeltje in de grote zaal, en staat zijn vrouw achter hem, met haar hand op zijn schouder. Zij heeft er minder last van dan hij, de heimwee bij het horen van het Limburgs. Hij kan het niet weerstaan, wil meteen weer terug, maar wat moet hij daar, en moet zijn gezin dan mee? De kinderen spreken Hollands, die zouden voor geen goud mee willen. Nee, dan maar een avondje heimwee, denkt hij, en hij haalt nogmaals de zakdoek langs zijn ogen.
Geef een reactie