Eén van de eerste boeken die ik las voor de lessen Nederlandse literatuur, in de derde klas, was Een ontgoocheling van Elsschot. Daarna had ik Elsschot jaren links laten liggen, tot ik vanwege het Elsschotjaar* en een enthousiaste radio-uitzending daarover besloot weer eens wat te lezen.
Nu snap ik waarom ik Elsschot destijds niet zo interessant vond. Je begrijpt er niets van als je de context niet herkent (België, interbellum). In zijn verhalen worden locatie en tijdperk terloops neergezet, maar 70 jaar later is niet alles vanzelfsprekend.
In Pensioen (1937) herkende ik de context na een paar bladzijden en daarmee is het een leuk verhaaltje voor een middag in het park. En blijkbaar was het toen gebruikelijk gewoon bij iemand langs te gaan en de hele ochtend op iemand te wachten, zonder je druk te maken of iemand wel kwam.
*Het is ieder jaar een Elsschotjaar als ik daar zo naar Google
Geef een reactie