Toon draagt een blauw overhemd, met korte mouwen.
Toon heeft grijzende haren.
Toon is in een provinciehoofdstad in het zuiden des lands.
Toon staat een meter of vier, rechts van de voordeur.
Toon draagt een tas van de Bijenkorf
Toon staat onder een luifel. Het is een zonnige dag.
Toon hoort het niet als zijn vrouw hem roept.
Toon ziet twee fotografen rondneuzen bij een fiets die beplakt is met isolatietape.
Toon wacht.
De vrouw van Toon staat in de deuropening met een ijzeren schaal die ze gevonden heeft in een brocantewinkel. Ze roept hem tevergeefs.
‘Toon’ roep ik luid en duidelijk en hij draait zijn hoofd.
Geef een reactie