Rotterdam – Numansdorp, 73 km, augustus
Net als anderen wilde ik een fietslog schrijven.
Uit een grote stad wegfietsen is bijna net zo bijzonder als er naar toe fietsen. De plek is out of context. Normaal passeer je Rotterdam Centraal. Het Groothandelsgebouw is mogelijk een bestemming. Nu een startpunt om op eigen fiets te gaan fietsen
Door West, Marconiplein, Schiedam. De Roemeens orthodoxe kerk is een bijzonder bouwwerk in Schiedam. Bij Vijfsluizen gaat het echt regenen terwijl ik onder snelweg en metro doorga.
De wind tegen is sterk (4?). Ik kies het Hoekselijnpad. Zag het nieuwe (tijdelijke?) dorp dat in Vlaardingen voor Oekraiense vluchtelingen is gebouwd. Passer de nieuwe Blankenbergtunnel
Bij de pont van Maassluis zijn meer fietsers. Ze wisselen bestemmingen uit.
Vlot door Rozenburg en Europoort heen naar Brielle. Mooi historisch stadje, als toch wel behoorlijk toeristisch.
Koffie met havermelk en een bagel met vegetarische filet american bij een hip zaakje. Bloemen als versiering op je broodje, dat werk.
Bij de Jumbo nog wat krentenbollen gehaald. Daarna door. Wind en dijken. Geen rechte route te vinden, alles gekromd, ook mijn rug over het stuur, zou het spreekwoord tenminste willen. Het is wel hard werken in dit landschap dat doet denken aan Zeeuws Vlaanderen vol met restanten van kreken die nog wel herkenbaar zijn.
In Abbenbroek rust ik maar even uit op het plaatselijke bankje. Twee bankjes met uitzicht op de akkers en een grasperkje. De wind is onveranderlijk zuidwest en uit alle hoeken hard. Op de kaart is Willemstad heel ver. Krentenbollen en water. Brok bij brok verder is het adagium.
Verrassend makkelijk kom ik in Zuidland en Nieuw-Beijerland. Voor die laatste een pont, waar ze zowaar geen pin accepteren en ik toch cash geld moet betalen. Mijn pedalen klinken steeds matiger en voordat ik het dorp uitrij check ik of er een fietsenmaker zit in het volgende dorp. Die is er en die is ook open. Klik. Klak, bij vrijwel elke omslag hoor ik mijn pedaal en naar blijkt is het de versleten kogellager.
De fietsenmaker in Zuid-Beijerland helpt me vriendelijk en snel. Hij kijkt met een vakkundige blik en ziet direct dat ze versleten zijn. Wil je deze, vraagt hij terwijl hij iets nieuws uit het rek grijpt. De gele fietstassen hangen er nog aan terwijl de fiets opgehesen woren voor montage. Ik betaal 30 euro en kan door.
Zuid-Beijerland heeft nog goede winkels. Een grote Albert Heijn voorziet me van extra water, want drinkwaterpunten liggen niet echt op de route. Een beter voorbereid fietser had nog een extra bidon bij zich gehad, maar voorbereiden zat er niet in dit jaar. Konijnendijk Mode is een grote zaak en ook nog aan het bijbouwen. Er goed bij zitten tijdens de zondagse kerkdienst, dat snappen ze hier wel.
Een betrekkelijk kort stuk naar de brug. De Schenkeldijk heeft een zichtlijn…. op een moderne windmolen.
Ik kruis de A29 en draai rechtsaf richting de Haringvlietbrug. Beneden ligt de stop van de interliner aan de snelweg om vanaf hier snel in Zuidplein te kunnen zijn. Die ken ik uit de auto. Nog een stuk over de brug en misschien kan ik aan de andere kant bij de forten gaan kijken, ik ben immers ruim op tijd in Willemstad. Daar denk ik aan en niet aan de witte verkeersobstakels die ik aanzie voor haaientanden waardoor ik er bovenop fiets, ten val kom en op de grond lig. Terwijl ik lig hoor ik de lucht uit mijn band ontsnappen, voel bloed uit mijn knie komen en heb de klap op kunnen vangen met mijn handen die gelukkig fietshandschoenen droegen.
Willemstad is meteen ver weg. Mijn knie is open en een fietser roept gaat het? en een studente die bij de halte zit te wachten komt aanlopen. Het gaat wel roep ik automatisch en sta op, kwaad op zo’n klein hoekje waar het ongeluk in zat, nu moet ik gaan repareren.
Veertig minuten later zit ik in de Interliner naar Rotterdam. Mijn elleboog is stijf gekneusd, mijn band niet meer te repareren en mijn knie kapot. Een fietslog wordt het, maar slechts van één dag.
Geef een reactie