Een kleuter en zijn moeder gaan met de trein. Dus oppassen met uistappen (het zijn grote stappen voor deze kleine mensen), en kijk dat is een lange trein! Uitgestapt loopt hij naast zijn moeder richting de trap. Dan ziet de kleuter een paars stokje liggen. Hij pakt het op.
“Laat liggen, dat is vies!”, reageert zijn moeder.
Hij houd het vast, gefascineerd door een paars stokje dat zomaar voor hem, juist voor zijn voeten, op de grond lag. Zijn moeder probeert hem opnieuw op andere gedachten te brengen. Met duidelijk ergernis zegt ze “Wat moet je er nou mee?” Maar opnieuw komen haar argumenten niet aan, hij loopt door, naast z’n moeder, met het stokje in z’n hand.