Nimmer

Vanmiddag ging ik op de foto voor een pas. Zoals bij dat soort foto’s hoort, kijk ik grimmig naar de camera. En passant kreeg ik een setje met voorwaarden voor gebruik van de pas mee. Ruim twee A4. Over dat ik de pas nimmer onbeheerd mag achterlaten. Dus nu ben ik voor de komende twee jaar gebonden aan die pas.

Onder de douche. Tijdens het sporten. Israëlische soldaten mogen hun geweer nooit uit het oog verliezen, of iets dergelijks, en daarom zitten ze dus in de bus met machinegeweer om de schouders. Nogal wennen voor een toerist uit Nederland. Maar als ik daar aan kan wennen, kan ik vast ook wennen aan het mee op vakantie nemen van mijn nieuwe pas met grimmige blik.

Hoe ik mezelf aanstaar

Vele maanden terug – het was nog zomer – had ik een nieuw paspoort nodig, vond ik. De toegangsrestricties voor Albanië met een paspoort dat nog 6 maanden geldig was waren niet geheel duidelijk en dus kocht een nieuw paspoort. Tussen de middag liet ik in Den Haag foto’s schieten bij Foto Americaine, volgens mijn bronnen ooit de zaak in Den Haag waar de gegoeden hun pasfoto’s lieten maken. Nu werden er foto’s gemaakt volgens de geldende richtlijnen, en die zijn nogal strikt.

De foto’s belandden op het paspoort, ik belandde in inderdaad in Albanië, en de rest van de foto’s belandde in de tas. Tot afgelopen vrijdag, toen ik de tas omkeerde op zoek naar een pasje. Sindsdien liggen de foto’s op tafel, omdat ik eigenlijk niet zo goed weet waar die nu weer opgeruimd moeten worden.

SONY DSC

En ze liggen daar en ze staren naar mij, mijn alter ego’s van 8 maanden terug. Misschien dat ik ze morgen maar omdraai want ik wordt er nogal onrustig van, van die starende ogen.

Achtergrondgeluid

Toen ik Tivoli binnenkwam stond Francis te spelen. Met de dynamische (sorry voor dat woord), haast manische manier van doen van de zangeres werd de aandacht van het merendeel van het publiek getrokken. Maar niet alleen de actie, ook degelijk spel en een dijk van een stem zorgden voor een grote verrassing. (spotify afspeellijst).

Pauze volgde, het podium werd verbouwd. Een piano bleef staan, er verschenen wat gitaren.

Een dame genaamd Idiot Wind neemt plaats achter de piano. Gewapend met een piano en een stem gaat ze de zaal te lijf.

Tevergeefs. De zaal kletst haar dood, wachtend op de hoofdact van vanavond. Al ben ik voor de gelegenheid wat meer vooraan gaan staan, ook daar staan genoeg mensen te babbelen in plaats van te luisteren. Het is dat het kaartjes onbetaalbaar zouden worden als deze mensen ze niet ook zouden kopen (en de bieromzet zouden stimuleren), anders zou je ze er persoonlijk uit willen schoppen.

Het toppunt wordt bereikt als ik naast me een lang gesprek hoor beginnen met een opmerking ‘Mooi hé?’