Tijdreiziger

De man van de Spits heeft mij een krantje gegeven, zoals dagelijks. Ik heb hem gedag gezegd en bedankt voor zijn krant, want dat is mijn manier om hem ook wat menselijkheid te geven. Anders staat hij daar alleen maar een beetje; dat is toch ook geen gezicht.

Op het perron wordt ik op de hoogte gebracht van de transfermarkt. Het is kwart over zeven en mijn aandacht gaat uit naar de toekomst van Vennegoor of Hesselink.

Een man begint te praten tegen de man die naast me zit op het bankje. Collega’s? Een plausibele verklaring. Small talk. ‘Mijn bus ging weer snel. Ik vertrok om vijf over acht van huis, en nu ben ik al hier’.

Een tijdreiziger. En dat op dinsdagochtend. De wereld werd hierna uiteraard nooit meer hetzelfde.


Comments

4 reacties op “Tijdreiziger”

  1. De trein heeft het vast weer goedgemaakt. Die rijdt nooit te snel. Die rijden op tijd!

  2. Mensen die je spontaan aanspreken: geweldig!

  3. Dat blijft ook een interessant iets: hoeveel impact heeft een ogenschijnlijk onbenullig iets op het verloop van iemands leven? Stel dat hij daar niet had gestaan, met die Spits, hoe zou je dag – en daarna je leven – eruit hebben gezien?

  4. heb je wel zijn kaartje gevraagd?
    ik heb hem nodig
    hard nodig.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *