Laat ik beginnen met een uitroep: Oh! Kon het elke dag maar vakantie zijn! Dan kon ik tenminste lekker doorrijden, zoals vandaag. Handen losjes aan het stuur, cruisecontrol aan. En jullie konden allemaal veel vaker met vakantie, ook dat nog!
Terwijl ik zo rondtufte op de mieters lege Veluwe en de aura’s van herten bewonderde en ook nog uitkeek voor de trajectcontrole, bedacht mijn maag dat ‘ie honger had. En dat een kauwgompje niet genoeg was. Ik herinnerde me een broodzakje dat in het dashbordkastje moest liggen. Een gevuld broodzakje, met vier boterhammen, gesmeerd, al sinds donderdag. Donderdag was ik voorbereid op een broodje onderweg met smeerpaté en groentespread. Maar onverwachts kwam er lunch met broodjes en zo bleef dit boterhamzakje gevuld in de auto liggen. Tot vanavond. Ik maakte het zakje open en rook eens, in de verwachting kokhalzende neigingen te krijgen. Hoeveel dagen is smeerpaté houdbaar buiten de koelkast, immers? Niets van verrotting te ruiken. Het rook vooral uitgedroogd.
Geef een reactie